Deze week bereikte ons het verdrietige nieuws dat op 9 mei 2021 prof. dr. J.F.M. (Jan) Giele RB – na een mooi en welbesteed leven, zoals de rouwkaart vermeldde – op 95-jarige leeftijd is overleden. Jan Giele kan niet anders dan als een vriend van onze vereniging (en meer in het bijzonder één van haar rechtsvoorgangers, de Nederlandse Federatie van Belastingadviseurs) gezien worden. Nadat hij al op 19 april 1983 lid van die vereniging was geworden werd hij op 16 april 1999 benoemd tot erelid. Vanzelfsprekend werd die hoedanigheid bij de fusie van CB en NFB tot RB omgezet in een erelidmaatschap van het RB. De benoeming belichaamde de grote verdiensten van Jan Giele voor de fiscaliteit in Nederland in het algemeen en de NFB in het bijzonder. Het was dan ook niet vreemd dat in de aan Giele ter gelegenheid van zijn emeritaat in 1990 aangeboden afscheidsbundel (de Gielebundel) zowel directeur, voorzitter als oud-voorzitter van de NFB (Frans Drinkenburg, Anne Bijvoet en Cor Visser) een bijdrage schreven.
Jan Giele bleef tot op hoge leeftijd nauw betrokken bij onze vereniging. Verder zette hij zich op enthousiaste wijze in voor de Belastingadviseursdagen van de Federatie. Zo trad hij in 1982 op als debater over het thema ‘De belastingbetaler in de knel’. En op de 33e BA-dag in 1986 hield hij een inleiding over het onderwerp ‘De problematiek van de tweeverdieners’.
Giele zijn verdiensten werden ook door anderen erkend. Zo werd hij na zijn Leidse emeritaat nog gevraagd als kwartiermaker voor de nieuwe opleiding Fiscaal Recht aan de Universiteit Limburg. En bij gelegenheid van het 40-jarige jubileum van de NFB in 1994 werden hem door de toenmalig directeur-generaal der Belastingen mr. J.N. van Lunteren de versierselen uitgereikt behorende bij zijn benoeming tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.
Wij zijn dankbaar voor Jan Giele zijn betrokkenheid en enthousiasme bij onze vereniging. Hoewel wij bedroefd zijn om Jans overlijden kan het niet anders zijn dan dat onze gevoelens van erkentelijkheid en dankbaarheid overheersen. Onze gedachten gaan uit naar zijn familie.