Nu in Nederland de temperaturen beginnen op te lopen, de zon zich weer wat vaker laat zien en het aantal gevaccineerde mensen stijgt, kijk ik al uit naar de zomer. Want naast mooi weer zullen ook de coronabeperkingen worden versoepeld.
Voor een ieder die het te lang vindt duren voordat ze voor een prik wordt opgeroepen, bestaat er tegenwoordig zelfs een zogenoemde priktrip. Het idee is relatief simpel: je boekt een trip naar aan land waar de regels omtrent het vaccineren iets soepeler zijn, haalt je prik op en komt vervolgens weer naar Nederland. Of dit gedrag moreel wenselijk is laat ik aan een ander over. Hoe je zo’n priktrip fiscaal moet behandelen vind ik wel boeiend.
Ik kan me namelijk voorstellen dat je als werkgever, met een personeelsbestand dat voornamelijk bestaat uit mensen die laat worden opgeroepen, geneigd bent hierover na te denken. Ik ben zeker geen viroloog (al hebben we er daar tegenwoordig erg veel van als je YouTube bekijkt), maar volgens mij zijn de meeste virologen het eens over een substantieel lagere besmettingskans na vaccinatie. De kans op ziekteverzuim door corona, met de bijbehorende kosten, zijn derhalve ook lager. Hoe zouden we vervolgens fiscaal moeten kijken naar een door de werkgever vergoede priktrip?
Normaliter is elke vergoeding ‘salaris’ tenzij het valt onder een vrijstelling van de werkkostenregeling. Voor (commerciële) coronatesten bestaat al een gerichte vrijstelling omdat het valt onder een geneeskundige keuring in het kader van preventie- en verzuimbeleid. Een griepprik valt volgens het beleid van de Belastingdienst ook onder de gerichte vrijstelling. Nu er in Nederland genoeg mensen zijn die corona beschrijven als ‘een simpele griep’ kan ik me voorstellen dat er wat voor te zeggen als de kosten van een priktrip ook onder deze gerichte vrijstelling vallen.
Dat een priktrip ten opzichte van een reguliere griepprik vele malen duurder is zou daar in mijn optiek geen invloed op moeten hebben.
drs. Daniël van Meijgaarden RB
Voorzitter RB Jongerencommissie