p 1 juli 2025 wordt de splitsingsvrijstelling in de overdrachtsbelasting, opgenomen in art. 5 UBBR, aangescherpt. Momenteel zijn de voorwaarden nog gelijk aan de splitsingsvrijstelling in art. 14 van de Wet Vpb 1969. Als de vrijstelling geldt voor de Vpb, geldt hij in beginsel ook voor de OVB. Vrijgesteld is de verkrijging van onroerende zaken bij een overgang van vermogen onder algemene titel in het kader van een splitsing, tenzij die splitsing in overwegende mate is gericht op het ontgaan of uitstellen van belastingheffing.
Vanaf 1 juli a.s. komen daar vier nieuwe voorwaarden voor terug: een ondernemingseis, een voortzettingseis, een soortgelijkbelangeis en een aanhoudingseis. Dat heeft vooral gevolgen voor een voorgenomen bedrijfsoverdracht wanneer sprake is van een dubbeldekker: een holding met daarin het bedrijfspand en een werkmaatschappij met daarin de materiële onderneming. Het klassieke bedrijfsopvolgingstraject, afsplitsen van vastgoed met deelneming naar een nieuwe bv die vervolgens overgaat naar het kind, kan dan niet meer zonder overdrachtsbelasting. Er zal voortaan een drietrapsraket moeten worden geconstrueerd.
Deze cursus behandelt de nieuwe voorwaarden van de splitsingsvrijstelling en hoe we hier in de praktijk mee om moeten gaan, maar vooral wanneer je nog bv-structuren voor 1 juli a.s. moet aanpassen.
Wat ga je leren in de cursus Nieuwe splitsingsvrijstelling in de OVB?
- De vier nieuwe voorwaarden voor de splitsingsvrijstelling in detail en hoe pakken die in de praktijk uit;
- Wat betekenen de nieuwe voorwaarden voor de bedrijfsopvolgingspraktijk in het mkb;
- Wanneer en hoe moeten we bestaande bv-structuren herstructureren, zodat overdrachtsbelasting bij een latere bedrijfsverkoop aan derden of -overdracht aan kinderen wordt vermeden;
- Wanneer is er nog actie voor 1 juli 2025 vereist, wil een geplande bedrijfsoverdracht of -opvolging zonder overdrachtsbelasting kunnen blijven plaatsvinden;
- De mogelijkheden van een ruziesplitsing worden verruimd. De nieuwe voorwaarden voor een ruziesplitsing.
Leerdoelen en leerresultaten
Na het volgen van deze cursus:
– Kun je een klant beter adviseren over de bv-structuur die voor hem of haar wenselijk is;
– Kun je een inbrengtraject of een herstructurering beter vormgeven;
– Kun je beter anticiperen op een voorgenomen bedrijfsoverdracht of -opvolging.